Van verlaten textielfabriek naar nieuwe woonbuurt
25 oktober 2024
In Deerlijk werken we aan de duurzame buurtontwikkeling De Weverie.
17 januari 2023
In Genk herontwikkelt Matexi het voormalige woonzorgcentrum Herfstvreugde tot een residentieel woonproject dat de buurt zal opwaarderen. We pakken de reconversie natuurlijk ook duurzaam aan. Het project scoort daardoor zeer hoog op onze Sustainability Matrix en mag zich met trots ‘heel duurzaam’ noemen. Project Developer Gert Petit vertelt er meer over.
“Onze Matexi Sustainability Matrix is een meetinstrument om onze positieve impact op de maatschappij en het milieu te meten en verder te vergroten. Duurzaamheid is sowieso een belangrijk onderdeel van onze buurtontwikkelingen, en dat maken we heel concreet dankzij onze Sustainability Matrix met initiatieven die onze buurten verder verduurzamen.
We screenen onze projecten op elementen die een positieve impact hebben op het milieu (Planet), op de maatschappij (People) en op de waardecreatie in de buurt (Profit), en dat nog eens op 4 niveaus:
Vervolgens kennen we elke buurtontwikkeling een duurzaamheidsscore toe met bijhorend label: ‘duurzaam’ of ‘heel duurzaam’.”
"Sowieso vinden we het belangrijk om onze inspanningen te koppelen aan doelstellingen die wereldwijd erkend zijn. Daarom vertrekt onze duurzaamheidsaanpak vanuit de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties. Als buurtontwikkelaar hebben we impact op maar liefst 10 van de 17 SDG’s.
Bestaande tools om de duurzaamheid van buurten of gebouwen te meten - zoals de Vlaamse Duurzaamheidsmeter voor Wijken, de referentiegids Quartier Durable en BREEAM - zijn vaak tijdrovend en soms duur. Met onze Sustainability Matrix kunnen we ál onze projecten op een eenvoudige manier meten op vlak van duurzaamheid. Het is een efficiënte manier om veel informatie over onze duurzaamheid te verzamelen en om continu duurzaamheid centraal te zetten!”
“Op de site zullen we een fossielvrij verwarmingssysteem installeren (warmtenet in de bodem). Dankzij geothermische warmtepompen kunnen we de 70 appartementen en kantoorruimtes zonder aardgas verwarmen waardoor we een koolstofarme buurtontwikkeling realiseren.
In de groenzone die toegankelijk is voor de hele buurt, behouden we de waardevolle bomen en ontharden we zo veel mogelijk. Daarnaast zullen we veel aandacht besteden aan biodiversiteit dankzij het groendak en nestkastjes, insectenhotels en bloemen in de groenzone. We zetten ook volop in op zachte mobiliteit, want lokale buurtvoorzieningen liggen op slechts 15 minuten wandelafstand of 4 minuten fietsafstand.
Omdat het om de reconversie van een gebouw gaat, hergebruiken we een gedeelte van de bestaande draagstructuur. Daarbij zullen we vanuit circulair oogpunt aanwezige materialen recupereren en afval beperken.
Tot slot ontwerpen we rolstoeltoegankelijke appartementen. Zo kunnen we in de omgeving een grotere doelgroep bereiken en toont het project zich ook op maatschappelijk vlak duurzaam. Ook mede dankzij de collectieve ontmoetingsruimte voor de buurt.”
“In de ontwerpfase hielden we rekening met flexibiliteit en aanpasbaarheid van de appartementen. Flexibel bouwen maakt dat mensen langer in dezelfde woning kunnen blijven wonen omdat ze die kunnen aanpassen volgens hun evoluerende behoeften in de tijd.
Op vlak van energiezuinigheid ambiëren we om de appartementen nóg energiezuiniger dan BEN (bijna-energieneutraal) te realiseren dankzij de geothermische installatie.”
“We hebben voor de buurtbewoners van het voormalige woonzorgcentrum een participatietraject georganiseerd. In de toekomst blijven we de buurt verder betrekken, want met deze buurtontwikkeling willen we ook meerwaarde creëren voor de omwonenden.”
“Toen het gebouw in 2022 leegstond, zorgden we met een aantal lokale partners voor een tijdelijke en maatschappelijk relevante invulling. Zo deed de site dienst als decor voor locatietheater ten voordele van het goede doel. Het gebouw fungeerde ook als decor voor een tentoonstelling van de stedelijke kunstacademie. Tot slot kwamen de Limburgse brandweerkorpsen in het pand oefenen.
Kijken we naar de toekomstige buurtontwikkeling, dan zullen we samen met een gepaste partner deelmobiliteit integreren in het project.”